Terwijl mijn benen de trappers automatisch in beweging houden, staar ik in het water van de Oude Rijn. Het water glinstert op deze heldere oktobermorgen. Flarden van het interview van zojuist dwalen nog door mijn hoofd. Ik duw ze weg. Deze tijd op het jaagpad tussen Nieuwerbrug en Bodegraven heb ik gereserveerd om een invalshoek voor mijn blog te bedenken, maar het schiet nog niet echt op.
Terwijl er wat ideeën door mijn hoofd schieten – het eeuwige gesmak aan tafel, misschien hebben de medeopvoeders tips, of het bomenleed in onze tuin, nee, daarvoor is het nog te vroeg – steekt een bekend stemmetje zijn tirade af. Zou ik niet eens stoppen met die eindeloze stukjes? Het is immers best een opgave om telkens weer iets enigszins zinnigs op papier te zetten. En wat wil ik ermee? Beroemd worden ofzo? Houd toch op. De rust die ontstaat als je stopt, zal je beter bevallen…
Het is eens in de zoveel tijd dat de twijfel de kop opsteekt. Meestal middenin een drukke periode waarin ik amper tijd heb (lees: neem) om rond te kijken en verhaalideeën op te doen. Een periode zoals afgelopen week, waarin ik voornamelijk thuis was om te slapen en waarin ik de kinderen alleen zag om te vertellen dat ik er ‘alweer’ vandoor moest. Niet echt heilzaam, weet ik inmiddels weer.
Terwijl mijn ogen zich dieper in het water boren, alsof daar een invalshoek verborgen ligt, komen andere stemmen op. Stemmen van mensen die af en toe delen dat ze meelezen. Gek genoeg krijg ik die reacties vaak op twijfelmomenten zoals deze. Ze sporen mij aan om door te gaan. Want ik geloof nog steeds in openheid. In het delen van verhalen, misschien wel verhalen zoals deze.
“Het duurt niet voor niets anderhalf uur om ‘slechts’ vierhonderd woorden op papier te zetten.”
Daarnaast werken de tweewekelijkse blogs (voor mij) beter dan dan welke sessie dan ook. Het is therapeutisch om dat wat er door mijn hoofd spookt fatsoenlijk op papier te krijgen. Sterker nog, het heeft mij er inmiddels van overtuigt dat schrijven niet alleen leuk is, maar ook genezend werkt. Het duurt niet voor niets anderhalf uur om ‘slechts’ vierhonderd woorden op papier te zetten. Maar dan staat er ook een punt. Letterlijk en figuurlijk.
Een roeiboot vol ouderen die olijk over het water dobbert, haalt mij uit mijn overpeinzingen. Een glimlach speelt om mijn lippen. Niet alleen schrijven, ook fietsen blijkt heilzaam. Want volgens mij is zojuist mijn nieuwste blog geboren.
Geef een reactie